19-07-2010

Het lot van de bijlezer

Geachte A.L. Snijders,

Naar alle waarschijnlijkheid heeft u geen idee wat uw werk teweegbrengt.

Vriend A heeft Vijf bijlen mee op vakantie. Dat betekent dat ik amper toekom aan het boek dat ik zelf aan het lezen ben. Mijn plezier wordt steeds onderbroken doordat A een zkv, een passage, dan wel zin hardop voorleest.
Daarvoor zijn complimenten aan uw adres vanzelfsprekend op zijn plaats, maar staat u ooit stil bij het lot van de bijlezer?
Ik beperk me tot de grote lijnen:
  • De bijlezer wordt geacht op afroep beschikbaar te zijn. 
  • De bijlezer komt niet in zijn eigen boek. 
  • Niet alle gelezen stukjes vinden meteen de juiste weerklank, hetgeen de hoofdlezer doet fronsen: heeft de bijlezer dan echt geen smaak?
  • De bijlezer raakt afgeleid door het gelach van de hoofdlezer. Zal er iets worden voorgelezen of besluit de hoofdlezer deze kans voorbij te laten gaan? 
  • De bijlezer raakt op enig moment in dubio: doorgaan met het eigen boek of helemaal aanhaken bij de hoofdlezer?
  • De bijlezer bekruipt het gevoel het verkeerde boek gekozen te hebben. Uit dat werk valt slechts om de drie dagen een schrale zin hardop voor te lezen.
Gelieve in het vervolg rekening te houden met de bijlezer. Richt het woord af en toe tot hem en haar. Zet instructies in de kantlijn die bijvoorbeeld gebieden dat uit onderhavig zkv eens niet geciteerd mag worden.
Zo maar enkele suggesties. Ik zou het heel erg waarderen als u hieraan gehoor zou willen geven.

Ik zie de volgende vakantie dan ook met zeer veel plezier en vertrouwen tegemoet.

Met vriendelijke groet

C.J.M. Ligthart

Geen opmerkingen: